Boek / De tuin van Konrad Adenauer [VIDEO]

Konrad Adenauer, de eerste Bondskanselier van Duitsland van 1949 tot 1963, was ook een verwoed tuinier. Vanaf 1937 legde hij naast zijn huis op een voormalige wijngaard in Rhöndorf am Rhein een tuin aan die vrijwel intact bewaard is gebleven. Bij uitgeverij Greven is een prachtig geïllustreerd boek verschenen over die tuin.

Adenauer nam in 1937 op zestigjarige leeftijd zijn intrek in het nieuw gebouwde huis in Rhöndorf. Vier jaar eerder was hij door de nazi’s afgezet uit zijn functie als burgemeester van Keulen. De tuin werd vanaf toen zijn toevluchtsoord. Daar kon hij urenlang water geven, graven en wieden. “Ik ben een tuinman die zaait, koestert, verzorgt en laat groeien”, zei hij daarover. Hij ontwierp en beplantte de tuin eigenhandig, en bouwde muurtjes, terrassen en trappen. Rozen waren zijn levenslange passie, er is trouwens een roos naar hem genoemd. Tijdens de Tweede Wereldoorlog moest Adenauer aardappelen planten in plaats van zijn geliefde rozen om zijn gezin te onderhouden. Na de oorlog, toen hij opnieuw politiek actief werd en uiteindelijk Bondskanselier, bleef hij zijn tuin koesteren. Het was zijn compensatie voor het drukke politieke bedrijf, en kwam overeen met zijn politieke filosofie: voeden en verzorgen, om er later van te genieten. Bij het tuinieren kan men ‘leren geduld te hebben’, zei hij tegen de Amerikaanse militaire gouverneur van Keulen.


Naast de arbeidsintensieve beplanting en verzorging hield Adenauer zich in zijn vrije tijd bezig met allerlei dingen die met rozen en rododendrons te maken hadden. Hij vond zelfs tuingereedschap uit, zoals een elektrische insectenverdelger tegen bladluizen en een gieter met opklapbare douchekop. Nog op zijn sterfbed lezen we dat de 91-jarige vroeg of de abrikozenboom al in bloei stond.

 

 

Christian Feyerabend & Roland Breitschuh, Adenauer. Der Garten und sein Gärtner. Ludwig Greven & Stiftung Bundeskanzler-Adenauer-Haus, 2020