Wetsvoorstel om BTW-tarief voor plantgoed te verlagen

Een aantal federale parlementsleden wil een wetsvoorstel indienen om het BTW-tarief voor de aankoop van plantgoed door tuinaanleggers te verlagen van 21 naar zes procent.

 


“Wanneer een tuinaanlegger vandaag plantgoed aankoopt bij een tuincentrum, betaalt hij daar zes procent BTW op. Hij moet echter 21 procent aanrekenen aan zijn klant. Met ons wetsvoorstel willen we deze scheefgegroeide situatie rechtzetten”, verklaren Rita Gantois (N-VA), Roel Deseyn (CD&V) en Nathalie Muylle (CD&V).

Om deze situatie te omzeilen, gebeurt het volgens de parlementsleden vaak dat de eigenaar van de tuin waar de tuinaanlegger de werken uitvoert, zelf de planten gaat aankopen bij het tuincentrum (en daarop zes procent BTW betaalt). De tuinaanlegger haalt deze planten op om ze vervolgens te planten. “Op die manier ontwikkelt zich een parallel circuit naast het officiële”, zegt Gantois. “Want als een tuinier geen plantgoed factureert, zullen ook de uren in het zwart worden gepresteerd. Een tuin aanleggen of onderhouden zonder planten, is immers moeilijk.”

Muylle en Desein wijzen erop dat de bedrijven die de regels correct toepassen, op die manier uit de markt worden geduwd. “Ook de maatschappij heeft hierbij te winnen. De sector biedt namelijk veel werk aan risicogroepen, zoals jonge werkkrachten en laaggeschoolden. Tuinaanleggers die officieel werken hebben in de praktijk meer aandacht voor veiligheidsnormen, gaan zorgvuldiger om met kilometervergoedingen, arbeidstijdverkorting, enz”, klinkt het.

Tot slot wijzen de initiatief nemende parlementsleden, die steun krijgen van hun liberale collega’s Benoît Piedboeuf (MR) en Luk Van Biesen (Open Vld), erop dat de schatkist vandaag inkomensbelasting, BTW en RSZ-bijdragen misloopt. “Met ons voorstel ‘verwitten’ we de sector en dragen we zo bij tot de strijd tegen de fiscale en sociale fraude. Door het BTW-tarief te verlagen op plantgoed dat tuinaanleggers verkopen aan hun klanten, zullen dus op termijn zowel de sector als de staatskas beter worden.”

Bron: VILT