©wUrck

Ecoloog Tijl Essens over nieuwe landschappelijke inrichting van Lochem (Oost-Nederland) door BAM Infra

In Lochem legt BAM Infra Nederland een nieuw tracé aan voor de provinciale weg N346. Bij de vorming van deze nieuwe infrastructuur streeft BAM samen met provincie Gelderland naar behoud en verbinding van de ruimtelijke kwaliteit en natuur. En dat is bijzonder volgens ecoloog Tijl Essens.

In Lochem realiseert BAM parallel aan het Twentekanaal een nieuw tracé voor de provinciale weg N346 Schakel Achterhoek-A1. Doel is de veiligheid en doorstroming van het doorgaande verkeer te verbeteren. Dit nieuwe tracé van bijna vier kilometer lang is een belangrijke schakel tussen de Achterhoek, de A1 en de stedendriehoek Apeldoorn- Deventer-Zutphen.


Daarnaast realiseert BAM een ongelijkvloerse fietswandelverbinding tussen de binnenstad en het station van Lochem, een brug diagonaal over het Twentekanaal, een viaduct over het spoor, een rotonde, kruispunten en de herinrichting van het stationsgebied. De volledige landschappelijke inrichting van dit alles behoort ook tot de scope van het project. De werkzaamheden worden conform planning in 2025 afgerond.

Veilige en prettige leefomgeving

Vanuit de strategie ‘Building a sustainable tomorrow’ heeft BAM ambitieuze duurzaamheidsdoelstellingen geformuleerd. Die doelstellingen zijn verbonden aan de Sustainable Development Goals van de Verenigde Naties rondom zes kernthema’s waarvan biodiversiteit er een is.

Sinds twee jaar werkt ecoloog Tijl Essens bij BAM Infra Nederland.
Tijl: “Onze opdrachtgever provincie Gelderland heeft net zoals BAM ambitieuze doelstellingen. Gelderland is de groenste provincie van Nederland en wil dit graag blijven door te zorgen voor een goede samenhang en verbinding tussen plant- en diersoorten. Dit draagt niet alleen bij aan meer robuuste biodiversiteit maar ook aan een veerkrachtige natuur. Deze ‘groene schakel’ laat bij uitstek zien dat de aanleg van een nieuwe weginfrastructuur meer dan alleen een lokale inpassingsopgave is. Er is sprake van een regionale opgave om bij gebiedsontwikkeling de bereikbaarheid en veiligheid te garanderen. En tevens verdere verarming en versnippering van de natuur te voorkomen door verder te kijken dan harde inrichtingseisen en de grenzen van het plangebied. En daar werken wij als BAM samen met onze partners graag aan mee.”

Ecoloog Tijl Essens over nieuwe landschappelijke inrichting van Lochem (Oost-Nederland) door BAM Infra
Tijl Essens ©wUrck

De natuur versterken

Aan het begin van de tenderfase heeft BAM een beeld gevormd van de ecologische waarden in het gebied, aan de hand van de database Flora en Fauna (NDFF) en veldbezoeken. wUrck architectuur stedenbouw landschap heeft in nauwe samenwerking met BAM en de lokale boomverzorger Vebego Groen het ontwerp qua landschappelijke inpassing gemaakt.

Ook is bedacht welke betekenisvolle gebiedseigen flora aanwezig is en welke waardevolle natuur zich in dit gebied in potentie goed kan handhaven en ontwikkelen, rekening houdend met de milieufactoren grond, licht en water. Een landelijke inpassing van de nieuwe weg die de groene uitstraling van het gebied met de karakteristieke bomenlanen en landgoederen versterkt, is belangrijk. Aaneengesloten lijnvormige groenstructuren worden afgewisseld met bermen en open stukken die worden ingezaaid met een kruidenrijk mengsel en worden aangeplant met laag bijenstruweel om doorkijkjes naar de omgeving te bieden.

Tijl: “Het merendeel van de gekozen planten in het bijenstruweel zijn aantoonbare nectarbronnen voor insecten. Zodanig samengesteld dat er elk jaar vanaf februari tot en met september bloei aanwezig is. Daarnaast zijn het vrijwel alleen planten met bessen of vruchten die voedsel bieden voor andere dieren zoals vogels. Kleine variaties in maaiveldhoogte (< 40 cm) aanbrengen, zoals in het kanaalpark, in combinatie met een goed maaibeheer kan in potentie leiden tot de terugkeer van langzaam groeiende kruiden zoals tormentil, blauwe knoop of grote ratelaar. In aanvulling hierop hebben we een aantal gebiedseigen exoten toegevoegd aan het nieuwe sortiment. Die zorgen voor passende accenten. Neem de Rododendrons die verwijzen naar de aanwezige landgoedsfeer of de vlinderstruik Buddleja als accent voor het bijenstruweel.”

De vier v’s: voedsel, veiligheid, voortplantingsmogelijkheden en variatie

Biodiversiteit speelt een belangrijke rol in het goed functioneren van een gezond ecosysteem. Het gaat daarbij vooral om de rol die verschillende organismen innemen in dat systeem. Voor dieren is een variatie aan flora belangrijk. Ze kunnen zich alleen handhaven in een gebied waar ze kunnen verblijven, rusten en zich voortplanten, waar ze voldoende voedsel vinden en waar ze veilig zijn.

Tijl: “Naast het beplantingsplan neemt BAM ook andere maatregelen zoals het versterken van ecologische corridors. Bijvoorbeeld door met bomenlanen en een aangepaste verlichting vliegroutes van vleermuizen te herstellen. Ook brengen we faunapassages met begeleidende dichte hagen aan. We herstellen zo onderbroken routes van kwetsbare zoogdieren zoals de marter, das, wezel, hermelijn en egel, en versterken deze routes voor insecten met bijenstruweel. Daarnaast brengen we in het landschap variatie en gelaagdheid aan. Denk daarbij aan beplanting met verschillende hoogtes en natuurvriendelijke oevers (plas-dras), waardoor je meer gradiënten voor amfibieën creëert. Nog concretere maatregelen zijn bijvoorbeeld bijenhotels met voldoende voedselaanbod in de directe omgeving en in de kunstwerken ingebouwde vleermuisverblijven met een lichtluwe en vrije aanvliegroute.’

Een positief eindresultaat

“Ecologisch bewust bouwen leidt soms tot conflicterende raakvlakken die we alleen in overleg met de andere disciplines kunnen oplossen. Een voorbeeld hiervan is het aanbrengen van aantrekkelijke vegetatie en waterpartijen langs de kant van de weg wat dieren aantrekt. Helaas levert dit ook een verhoogd risico voor dieren en het verkeer op. De plaatsing van een faunaraster en strategisch geplaatste faunaduikers met groenbegeleiding voorkomt dat dieren worden aangereden en zorgen ervoor dat dieren zich langs daarvoor ingerichte routes kunnen bewegen. En als we dan ook een onderhoudspad aanbrengen langs het faunaraster borgen we het beheer, de wegveiligheid en de ecologische functionaliteit.”

“Een ander voorbeeld is de fiets-wandelbrug over de N346 die door de combinatie met een groenstrook geschikt gemaakt wordt als hop-over voor vleermuizen en kleine zoogdieren. Door ecologisch bewuster te bouwen voeren we de regie op aanbiedingen met een mooie prijs-kwaliteit verhouding, een gedegen werkvoorbereiding en een natuur inclusief positief eindresultaat. Vroegtijdig identificeren van ecologische risico’s én kansen stelt ons in staat deze effectief te vertalen naar concrete maatregelen.”

Een wereld van verschil

De functie van ecoloog is bijzonder binnen een bouwonderneming, maar krijgt de laatste jaren steeds meer aandacht. Een ecoloog als volwaardig lid van het ontwerpteam kijkt met andere ogen naar een bouwproject dan veel van zijn collega’s.

Tijl: “Het mooie in dit project is dat we al in de tenderfase een multidisciplinair team hebben samengesteld met civiel ingenieurs, landschapsarchitecten en experts op het gebied van beplanting en ecologie. Om de raakvlakken en conflicten vanuit onze verschillende expertises en invalshoeken integraal inzichtelijk te krijgen en hiervoor samen oplossingen te bedenken. Voor de provincie Gelderland hebben we een visiedocument geschreven waarin we beschrijven hoe het gebied er straks voor bewoners, dieren en planten uit komt te zien. Geoptimaliseerd vanuit harde eisen zoals bijvoorbeeld veiligheid.”

“Het proces van dit project in Lochem juich ik van harte toe. Hoe waardevol is het als we meer projecten in Nederland op deze manier kunnen aanpakken. In mijn ogen kun je een infrastructuurproject vergelijken met een compositie van Bach. Een aantal noten op papier die je op verschillende manieren kunt uitvoeren. Welke uitvoering je kiest, maakt een wereld van verschil. Zo werkt het ook op een project. Het maakt veel uit welke klank en kleur wij daaraan geven. Op dit project heb ik gemerkt dat we door in een vroeg stadium met elkaar te praten over het belang van biodiversiteit en een visie om te zetten naar concrete maatregelen, elkaar ineens een stuk beter begrijpen en nader tot elkaar komen. Zo voldoen we niet alleen aan de wet Natuurbescherming, maar voeren we ons werk op een manier uit die concreet gevolg geeft aan de strategie ‘Building a sustainable tomorrow’ en op het thema biodiversiteit in het bijzonder. En zo geven we op een verantwoordelijke manier invulling aan onze zorgplicht voor de natuur, voor nu en toekomstige generaties.

www.baminfra.nl


Tekst: Mieke Chibani en Tijl Essens
Beeldmateriaal: wUrck