Belgisch groen scoorde in Parijs!
Na tien jaar afwezigheid vond ‘L’art du Jardin’ dit voorjaar opnieuw plaats. Locatie: het Grand Palais in Parijs. Curator voor de Belgische landschaps- en tuinarchitectuur was Erik Dhont.
L’Art du Jardin is niet zomaar een tuingebeuren, maar mocht na tien jaar en naar aanleiding van de 400ste verjaardag van Le Nôtre, opnieuw gaan voor groene grandeur in de Franse hoofdstad. Gebouwd voor de wereldtentoonstelling in 1900, vormde het Grand Palais zich om tot ’s werelds grootste serre met 13.000 m² tuinen, terrassen en planten. Flanerend tussen dat alles, de Franse beau monde en iedereen –van waar ook ter wereld – die maar wat te betekenen of te investeren heeft in groen. België was gastland.
Erik Dhont, curator
Je kent hem als enthousiast en meesterlijke ontwerper van bijzondere groenprojecten in binnen- en buitenland tot in de Verenigde Staten toe. Achtergrond en illustraties van zijn projecten vind je op zijn website. Het gaat daarbij niet alleen over tuinen en andere groenprojecten – opgedeeld in privé en publiek – maar ook over concepten en meubels. Achter dat alles een opleiding tuin- en landschapsarchitectuur (Vilvoorde 1986) voorafgegaan door – en dat is een extra sterkmaker in zijn projecten – een opleiding grafiek (Sint-Lucasinstituut, 1983). Zijn kantoor is gevestigd in hartje Brussel, op een ‘boogscheut’ van de Dansaertstraat, het kloppend hart van het herboren Brussel en the place to be voor wie trendy en hip wil zijn.
Erik draagt trouwens zijn steentje bij tot het herboren worden van de stad. Getuige onder meer de projecten Park Groene Koningin in Schaarbeek en Gordel III in Anderlecht; een in het kader van een wedstrijd ingediend ontwerp voor een beeldentuin tussen het Museum van Schone Kunsten en de Regentschapsstraat en een visie op de 8.500 m² grote site in de schaduw van het Justitiepaleis, een minder gegoede buurt van Brussel.
België en zijn tuinen
Als gastland van “L’Art du Jardin” kreeg België eenmalig de kans zijn unieke tuinkunst voor te stellen en zijn specifieke kwaliteiten, waarden en kennis toe te lichten. In een framework van het beste/mooiste/meest bijzondere van het Belgische patrimonium, designwereld en onderzoeksveld, afgewisseld met ontmoetingsplekken en rustpunten pakte onze curator uit met “Terre de jardins secrets” (Land der verborgen tuinen).
Ingepakt in een mooi groen decor van teeltproducten van Belgische bodem – waarbij leivormen van fruit de Parijzenaars zonder meer erg bekoorden – ging de stand voor een drie-eenheid. In een eerste ruimte lieten foto’s van tuinenfotograaf/journalist Jean-Pierre Gabriel, kennismaken met werk van de meest toonaangevende Belgische hedendaagse landschapsarchitecten. Onder hen vanzelfsprekend namen als Wirtz.
Maar ‘Terre de Jardins secrets’ verwijst niet alleen naar bekende namen. Belgen hebben groene vingers en houden ervan zich met groen te omringen en besteden veel aandacht aan tuin en natuur. Hoe beter dit illustreren, dacht Erik Dhont, dan door het op tafel leggen van representatieve tuinboeken van Belgische bodem. Hij maakte een selectie van dertig werken: kijkboeken, botanische werken, doe-het-zelfboeken, zelfs moestuin- en kruidenboeken.
Een boek van de door Harry van Trier zo gewaardeerde Jelena De Belder (‘Het arboretum van Kalmthout, 1998) mocht zeker niet ontbreken. Ze is zonder meer een inspiratie geweest voor werk van Erik Dhont en met hem vele andere – zeker Belgische – tuin- en landschapsontwerpers.
Vingerwijziging van Erik tussen de tuinboeken door: Belgen zijn te bescheiden op het gebied van hun bedrevenheid op het vlak van productie en creaties.
Verdwijnen in bloemen
Een haag van beukenstammen zorgt voor de opdeling naar de volgende ruimte en verwijst subtiel naar de hoge bomenrijen en het groen van het Zoniënwoud in Brussel. Afwisselend zichtbaar en onzichtbaar achter dit stammenspel en gevat in een geheel van groenpartijen: een koker met slechts twee deuropeningen. Binnenin werk van de Franse, maar ondertussen al vijftien jaar in België wonende Thierry Boutemy. Thierry is een creatief en getalenteerd bloemenkunstenaar met eigen visie die sterk in de smaak valt bij tal van modehuizen. Tot onlangs kon je hem vinden in zijn zaak aan de Louizalaan. Recent verhuisde hij naar de Vanderkinderestraat, nog steeds in Brussel.
In de beslotenheid van de gigantische en gesloten houtstructuur creëerde hij een fascinerende bloemenwereld. De bezoeker weet zich erin opgenomen en figuurlijk meegezogen in een spontaan en intiem beeld van de natuur. Blad- en bloemvormen wisselen daarbij af in een samenspel zoals eigenlijk alleen natuur het kan schikken, opgefleurd met bonte kleuren en karakterspel van een overvloed aan Gloriosa. Spots zorgen voor licht- en schaduwspel.
Ontwerperswerk
In het derde deel, op het eerste gezicht een herhaling van België tuinenland, werken en vooral de manier van werken van de curator zelf. De totstandkoming van zijn projecten wordt er overlopen. Het begint allemaal met een mentale en abstracte fase, gevolgd door monochrome ontwerpschetsen – getekend met de losse hand -, en gemodelleerde structuren, minimaquettes in metaaldraad of gipssculpturen. Elk van hen kan gerust als kunstwerk door het leven gaan. Zij zijn nochtans niet minder of meer dan hulpmiddel voor de uiteindelijke oplossing voor een specifieke plek of wens. Pas na evaluatie en eventuele bijsturing worden er virtueel kleuren aan toegevoegd. In een nog later stadium groeien de paden, begrenzingen en beplanting geleidelijk naar hun definitieve vorm toe om te resulteren in een heus ontwerp.
Tegen de wand foto’s die laten zien hoe de projecten er in realiteit uitzien. Ze tonen perfect de eigen, zeer herkenbare stijl van Eric Dhont: tuinen om van te genieten, maar ook plaatsen om in te groeien en te ontspannen, tuinen met prikkels die uitnodigen om met alle zintuigen en verbeelding de tuin te beleven. Voeg daar nog aan toe dat elke tuin gaat voor een perfect evenwicht tussen de wensen van de klant, een grafisch lijnenspel en het respect voor de natuur in al haar facetten.
En al is dit laatste luik dan helemaal op en vanuit Erik Dhont gepresenteerd, “Terre de jardins secrets” (Land der verborgen tuinen) liet zien wat Belgische groenontwerpers in hun marge hebben. In die zin is zijn persoonlijke invulling geen breuk qua stijl of inhoud van het geheel. Integendeel. Het is kennis delen met collega’s. Franse klanten zijn welkom!
Informatie 2015
De volgende editie van L’Art du Jardin vindt plaats in 2015 in Palais Tokyo te Parijs. De eerste dag van de beurs is voorbehouden voor professionele bezoekers.
>>> lartdujardin.com
Kader – Projecten DHONT groeien
Groot of klein, nieuw of renovatie, privé of openbaar, de projecten van Erik Dhont zijn steeds vernieuwend en gaan voor een perfect evenwicht tussen de wensen van de klant, een grafisch lijnenspel en het respect voor de natuur in al haar facetten. Het zijn plekken waar cultuur, natuur en beleving zich verenigen en in dialoog treden met de zintuigen en de verbeelding van elke bezoeker.
Hoe ze ook verschillen in vorm of ruimtelijkheid, ritme van beleving of andere vorm van uitzicht, groen is in alle ontwerpen de drager van het concept. “Planten zijn het belangrijkste instrument van de tuinontwerper. Stenen en water heb je ook nodig, maar planten zijn primordiaal”, benadrukt Erik Dhont aan wie het waar horen of lezen wil. Planten gaan voor een steeds veranderend beeld, nodigen uit tot het volgen en meebeleven van de seizoenen en creëren bijgevolg een extra dimensie aan de groene ruimte. Zij het dat ze ooit ook een eigen leven leiden. Ze worden groter, verdwijnen soms of zaaien zich uit. “Ook daarmee moet je rekening houden. Het veronderstelt natuurlijk dat je als ontwerper over een zeer goede plantenkennis beschikt”.