Wat is landschap ons waard?
In dit artikel gaan we samen met Frank van Zuilekom van Studio Blad dieper in op de vraag ‘Wat is landschap ons waard?’. Van Zuilekom deelt niet alleen zijn interessante visie, maar eveneens de unieke aanpak van zijn landschapsarchitectenbureau.
Nature-based design
“In a modern world, everybody feels connected to nature”, vertelt Frank van Zuilekom tijdens zijn kennissessie. Toch ontbreekt deze connectie nog vaak in landschapsarchitectuur, vooral in stedelijke omgevingen. Van Zuilekom benadrukt dat een groter deel van het budget – dat nu vaak naar technische installaties gaat – beter kan worden besteed aan landschappelijke ingrepen die bijdragen aan een gezonder leefklimaat. “Steden hebben de neiging om te focussen op technische functionaliteit, terwijl we zowel ecologisch als sociaal meer winst kunnen boeken door te focussen op de landschappelijke waarde van een project”, stelt van Zuilekom. Volgens hem draagt investeren in groen niet alleen bij aan de natuur, maar ook aan het welzijn van de bewoners. “Natuur in steden is geen luxe, maar een noodzaak.”
Studio Blad richt zich daarom niet alleen op de esthetische waarde van landschappen, maar kijkt altijd naar de natuurlijke processen die het landschap vormgeven. Frank van Zuilekom beschrijft zijn bureau dan ook als een ‘nature-based design office’. “We denken na over hoe we het natuurlijke proces van een landschap kunnen gebruiken en in ons ontwerp verwerken”, legt hij uit. “Dit kan verschillende doelen hebben, zoals het vergroenen van een gebied, het verhogen van biodiversiteit, het verbeteren van waterbeheer en het tegengaan van hittestress in stedelijke gebieden.” Een concreet voorbeeld hiervan is hoe Studio Blad waterstromen in zijn ontwerpen integreert. In plaats van water direct af te voeren, wordt het in het landschap opgenomen. Dat proces draagt niet alleen bij aan een beter waterbeheer, maar ook aan de biodiversiteit en verkoeling in stedelijke gebieden.
Bij het ontwerpen baseert Studio Blad zich niet alleen op de huidige situatie, maar kijkt het ook naar de geschiedenis van het landschap. Volgens van Zuilekom zou het goed zijn als we eens vaker kijken naar hoe het landschap er oorspronkelijk uitzag, voordat industrialisatie het ingrijpend veranderde. “Bij Studio Blad werken we hiervoor samen met ecologen. Ook samenwerkingen met biologen kunnen interessant zijn om inzichten te vergaren wat biodiversiteit betreft”, zegt hij. Deze aanpak geeft Studio Blad de mogelijkheid om in te spelen op de oorspronkelijke structuur van het landschap. “Het gaat erom de essentie van het landschap te begrijpen en manieren te vinden om die in moderne ontwerpoplossingen te integreren.” Daarnaast benadrukt van Zuilekom dat kennis van de bodem en flora cruciaal is. “De bodem is de basis van elk gezond ecosysteem. Door samen te werken met experts kunnen we ontwerpen maken die niet alleen mooi zijn, maar ook duurzaam en functioneel.”

Nederland versus Schotland
Tijdens zijn kennissessie haalde Frank van Zuilekom twee belangrijke ontwerpbenaderingen aan: de Nederlandse en de Schotse leerschool. Deze verschillende methodologieën laten zien hoe de geschiedenis en het karakter van een regio invloed hebben op de manier waarop mensen met hun landschap omgaan. Nederland wordt gekenmerkt door een volledig beheerst landschap. “Alles is gestileerd, scherp en helder. Ontwerpoplossingen zijn vaak functioneel en gericht op beheersing, zoals de aanleg van polders, kanalen en dijken”, legt van Zuilekom uit. Schotland, waar het landschap ruiger is en minder gecontroleerd, staat daarmee in contrast. “In Schotland moet je omgaan met het landschap zoals het is”, zegt hij. Fiona Kydd, partner van Frank bij Studio Blad, is opgegroeid in Schotland waar men deze ‘wilde’ benadering van de natuur vaak toepast in landschapsarchitectuur.
Dankzij de combinatie van deze achtergronden hanteert Studio Blad een unieke ontwerpaanpak. Fiona’s poëtische, holistische visie wordt gecombineerd met Franks methodische, analytische aanpak. “In het begin proberen we de poëtische kant van het landschap naar voren te halen. Later vertalen we dit naar een maakbaar ontwerp dat functioneel is, maar nog steeds een landschapsverhaal vertelt”, aldus van Zuilekom. Hij geeft als voorbeeld dat de Nederlandse benadering vaak gericht is op strakke lijnen en beheerste structuren, terwijl de Schotse aanpak zich meer richt op het respecteren van natuurlijke vormen. Dat verschil biedt inspiratie voor ontwerpen die functioneel én emotioneel betekenisvol zijn. Deze ontwerpfilosofie vertaalt zich in uiteenlopende projecten, waarin Studio Blad telkens een balans zoekt tussen natuurlijke processen en stedelijke functies.
AMC Health Park in Amsterdam
Het AMC Health Park is een voorbeeld van hoe Studio Blad natuur integreert in een stedelijke omgeving. Het nieuwe entreegebied van het Academisch Medisch Centrum biedt een rustpunt te midden van de hectiek van de stad. Het ontwerp is gebaseerd op het oorspronkelijke polderlandschap, met lange lijnen en open structuren die zorgen voor rust en ruimte. Daarnaast wordt duurzaam waterbeheer toegepast: regenwater wordt opgevangen en via slootjes geleid, zodat het geleidelijk in de grond trekt. Van Zuilekom benadrukt dat het ontwerp niet alleen een esthetische functie heeft. “We hebben geprobeerd een omgeving te creëren die de mentale en fysieke gezondheid van patiënten en bezoekers ondersteunt.” Dit illustreert hoe natuur en gezondheid onlosmakelijk met elkaar verbonden zijn.

Dr. Reilinghplein in Leerdam
In Leerdam ontwierp Studio Blad een stedelijk plein dat de lokale identiteit versterkt en tegelijkertijd een functionele ruimte biedt voor markten en evenementen. Het ontwerp combineert historische en geografische elementen met een strakke, grafische pleinvloer. Het resultaat is een herkenbare identiteit die verleden en toekomst samenbrengt. Het plein biedt bovendien ruimte voor seizoensgebonden evenementen, waardoor het niet alleen een esthetische, maar ook een sociale functie vervult. Dit versterkt de band tussen de bewoners en hun leefomgeving.
Bostorens in Bosrijk
De Bostorens in Bosrijk illustreren dan weer hoe duurzaamheid centraal kan staan. In dit project verbeteren groene daken de energie-efficiëntie van het gebouw en verhogen ze de biodiversiteit. Ook werd bewust gekozen voor hergebruik van materialen, zoals tweedehands keien voor de vloer, die met open voegen zijn gelegd om water te laten infiltreren. Van Zuilekom legt uit dat dit project eveneens een voorbeeld is van hoe natuur en moderne architectuur samen kunnen komen. “We wilden een ontwerp creëren dat niet alleen functioneel is, maar ook een natuurlijke verbinding legt tussen gebouw en omgeving.”

Duurzaamheid en toekomstperspectief
In een steeds verder verstedelijkende wereld is vergroening essentieel om de leefbaarheid te behouden. We hebben nood aan duurzame oplossingen, waarbij natuur niet alleen esthetisch, maar ook functioneel wordt ingezet. Daarom pleit Frank van Zuilekom voor een verschuiving van budgetten naar landschappelijke waarde: “30%, misschien zelfs 35%, van het bouwbudget dat nu naar installaties gaat, zou beter geïnvesteerd kunnen worden in het landschap.” Wonderwoods, een bekend stadsontwikkelingsproject in Utrecht, toont volgens van Zuilekom hoe belangrijk de vergroening van gebouwen is. “Dit project, ontworpen door Stefano Boeri Architetti en MVSA Architects, bestaat uit twee torens van 70 en 104 meter hoog, met verticale tuinen en groendaken die bijdragen aan biodiversiteit en luchtkwaliteit.”
Toch benadrukt van Zuilekom dat vergroening zich niet uitsluitend mag beperken tot gebouwen en prestigieuze projecten. Het maaiveld, oftewel de directe leefomgeving van bewoners, speelt een cruciale rol in het creëren van een gezonde en prettige stedelijke omgeving. “Groen moet toegankelijk zijn voor iedereen, niet alleen voor de rijken of voor grote ontwikkelingsprojecten”, voegt van Zuilekom hieraan toe. Hij wijst erop dat veel groene initiatieven zich richten op luxe woonprojecten of commerciële gebieden, terwijl juist openbare ruimten zoals pleinen, straten en parken baat hebben bij vergroening. Door meer bomen, planten en waterdoorlatende oppervlakken toe te voegen aan de openbare ruimte, kunnen hittestress en wateroverlast worden verminderd. Bovendien vergroot dit de leefbaarheid voor alle bewoners, ongeacht hun sociaaleconomische achtergrond. “Landschapsarchitectuur speelt een sleutelrol in klimaatadaptatie. Het is geen keuze tussen technologie en natuur. De toekomst ligt in het samenspel van beide.”
Op de vraag ‘Wat is landschap ons waard?’ antwoordt Frank van Zuilekom om af te sluiten: “Landschap is geen decor, maar een essentieel onderdeel van onze leefomgeving.” Door landschapsarchitectuur slim in te zetten, kunnen we onze steden en dorpen niet alleen mooier, maar ook veerkrachtiger maken tegen klimaatverandering en ecologische achteruitgang. Landschap is dus niet alleen een esthetisch element, maar een krachtig instrument om de uitdagingen van de toekomst aan te gaan. In die zin is landschap van onschatbare waarde – niet alleen voor het milieu, maar ook voor ons welzijn en de generaties na ons. Als we landschap als integraal onderdeel van onze leefomgeving beschouwen, kunnen we de steden van de toekomst veerkrachtiger maken. Dit vraagt om durf, visie en een herwaardering van groene investeringen.
SAVE THE DATE: MEESTERS IN DE TUIN 2025
Op 2 en 3 oktober vindt Meesters in de Tuin plaats in het Inspyrium, Cuijk (NL) – dé ontmoetingsplek voor high-end hoveniers, tuinontwerpers en landschapsarchitecten. Dit jaar brengen we tijdens de ‘grand opening’ op 2 oktober opnieuw een reeks inspirerende kennissessies in het CG Concept Kennistheater. Voor het tweede jaar op rij organiseren we dit in samenwerking met De Bloeimeesters, Blikveld en Embuild Vlaanderen. De gastsprekers maken we binnenkort bekend in CG Concept en op www.cgconcept.be. Stay tuned!