Tuinstraten als antwoord op parkeerdruk en de behoefte aan sociale cohesie
De behoefte aan een parkeerplaats dicht bij huis blijft groot. Dagelijks spenderen chauffeurs veel tijd aan het zoeken naar een vrije plek na het werk. Met de snelle groei van steden en het toenemende aantal auto’s per huishouden wordt het steeds uitdagender om groenblauwe infrastructuur een plaats te geven in de toch al schaarse openbare ruimte. De frustratie rond parkeren is een blijvend probleem en verdient daarom serieuze aandacht.
Multifunctionele groene parkeerplaatsen
Groenblauwe infrastructuur wint steeds meer aan populariteit. In deze straten staan zowel esthetiek als voetgangersveiligheid centraal. Voertuigen rijden er trager en voetgangers worden afgeschermd van het autoverkeer, met een verbeterd zicht tussen zwakke weggebruikers en motorvoertuigen. Parkeervakken worden omgevormd tot grasdal-parkings en andere verhardingen worden waterdoorlatend aangelegd, zodat voetgangers veilig achter geparkeerde auto’s kunnen lopen. Toch wordt de auto niet volledig verdrongen door deze groene parkeerplaatsen. Een groene langsparking markeert geen individuele plekken, wat betekent dat de zoektocht naar een parkeerplaats na het werk niet per se verandert. Enkel in zones waar parkeren bewust wordt ontmoedigd, verdwijnen parkeerplaatsen. Duurzaam ontworpen woongebieden, waar voorzieningen zoals scholen, kinderopvang, winkels en openbaar vervoer gemakkelijk te voet of per fiets bereikbaar zijn, worden steeds vaker gerealiseerd. Wanneer openbare ruimte transformeert in een aantrekkelijke tuinstraat, veranderen parkeerplekken in ontmoetingsplaatsen waar seizoensgebonden sociale activiteiten kunnen plaatsvinden. Een goed ingerichte tuinstraat biedt ruimte om te ontspannen en te genieten.
Behoefte aan gezelligheid
Tuinstraten creëren snel een sterke identiteit en zorgen voor een gevoel van verbondenheid onder bewoners. Een eenvoudige zitbank in de straat kan al leiden tot vluchtige begroetingen en spontane gesprekken tussen voorbijgangers en buurtbewoners. Onderhoud en verdere verfraaiing van de tuinstraat worden vaak enthousiast door de buurtbewoners zelf opgepakt, met uitzondering van grotere snoeiwerken, die aan vakmensen worden overgelaten. Uit rondvragen blijkt dat buurtbewoners het aanplanten van bloembollen en een koffiepauze tijdens het tuinieren als een prettige bezigheid ervaren. Wie deze taak aanvankelijk als eenzaam beschouwt, merkt snel dat interactie vanzelf op gang komt: “Als je bezig bent, komen mensen naar je toe.” Tuinstraten bevorderen sociale waarden, maken duurzame gewoonten mogelijk en dragen bij aan een gezonde leefomgeving. Planten filteren luchtvervuiling, mensen voelen zich veilig en ontspannen, en buren leren elkaar beter kennen.

Breed draagvlak
Het draagvlak onder bewoners voor tuinstraten is groot. Wanneer zij worden betrokken bij het ontwerp, ontstaan ideeën zoals gedeelde regenwaterputten en regentonnen die worden aangesloten op regenpijpen om planten te besproeien met opgevangen hemelwater. Ook fonteinen als decoratie worden vaak genoemd. De toevoeging van een ‘blauwe’ inrichting wordt doorgaans als wenselijk gezien in plaats van verplicht.
Kinderen die op jonge leeftijd worden gefascineerd door bijvoorbeeld de vlucht van een uil, ontwikkelen vaak een blijvende affectie voor natuur en dieren.
Daarnaast zien we steeds vaker initiatieven zoals bijenhotels, vleermuizenkasten en zelfs nestkasten voor uilen en egels. Stedelijke gebieden trekken steeds meer wilde dieren aan, wat zorgt voor vermaak en een verhoogd bewustzijn over biodiversiteit. Kinderen die op jonge leeftijd worden gefascineerd door bijvoorbeeld de vlucht van een uil, ontwikkelen vaak een blijvende affectie voor natuur en dieren. Andere populaire ideeën zijn een gezamenlijke tuinkast voor gereedschap, een gedeelde bibliotheekkast en zelfs een broodautomaat. Kleine investeringen kunnen snel een groot effect hebben. Een goed ingerichte openbare ruimte krijgt zo het karakter van een ‘buitenkamer’, waarin levenskwaliteit en veiligheid voor iedereen – inclusief mindervaliden – centraal staan. Iedereen wordt uitgenodigd om elkaar op een vrijblijvende manier te ontmoeten.
Een goed ingerichte openbare ruimte krijgt zo het karakter van een ‘buitenkamer’, waarin levenskwaliteit en veiligheid voor iedereen – inclusief mindervaliden – centraal staan.

Groene gentrificatie*?
Een te sterke opwaardering van een buurt kan leiden tot gentrificatie en verdringing. Wanneer een straat te pittoresk wordt, kunnen de woonlasten stijgen, waardoor lagere inkomensgroepen in de knel komen. Dit kan problematisch zijn in buurten waar bewoners sterke sociale banden hebben en onderlinge hulp en solidariteit belangrijk zijn. Plattelandsbewoners trekken graag naar groene oases in de stad, mits dit betaalbaar blijft. Kwetsbare gezinnen lopen echter het grootste risico op de negatieve gevolgen van klimaatverandering en raken bij stijgende woonkosten verder geïsoleerd. De vastgoedmarkt speelt hier handig op in, met termen als ‘wandelen door een groene omgeving’ om woningen aantrekkelijker te maken. De uitdaging is om een balans te vinden tussen duurzaamheid en leefbaarheid, zonder dat biodiversiteit en openbare ruimte exclusief worden voorbehouden aan hogere inkomensgroepen.
De uitdaging is om een balans te vinden tussen duurzaamheid en leefbaarheid, zonder dat biodiversiteit en openbare ruimte exclusief worden voorbehouden aan hogere inkomensgroepen.
Wanneer het onderhoud van deze groene ruimtes wordt verzorgd door de gemeente, moet het doel zijn om het ecosysteem te ondersteunen, en niet om de woningmarkt te stimuleren. Niemand wil verantwoordelijk worden gehouden voor het onbedoeld aanjagen van gentrificatie.
Terug naar de basis
Tuinstraten dragen ook bij aan waterbeheer en proberen de natuurlijke afvoer van regenwater na te bootsen. In veel steden wordt regenwater nog steeds afgevoerd via een rioolstelsel – soms zelfs via een gemengd systeem waarin huishoudelijk afvalwater en hemelwater samenkomen. Door toenemende verstedelijking en extreme regenval neemt de kans op overstromingen toe. Bewoners spelen hierin een belangrijke rol, omdat zij als eersten lokale waterproblemen signaleren.
Groene daken, gevelbegroeiing, bioretentie en waterdoorlatende verhardingen dragen bij aan de leefbaarheid en duurzaamheid van steden.
Groene daken, gevelbegroeiing, bioretentie en waterdoorlatende verhardingen dragen bij aan de leefbaarheid en duurzaamheid van steden. Innovatieve oplossingen zoals het hergebruik van gezuiverd afvalwater voor toiletspoeling en het winnen van biogas uit afvalwater winnen terrein. De uitdagingen op dit gebied zijn groot, maar gelukkig blijft het onderwerp op de agenda en leidt het tot waardevolle discussies. Dat is maar goed ook, want een stad waar bewoners om diverse redenen vertrekken, is het laatste wat we willen.
*Gentrificatie: Een wat vervallen stadsdeel verandert in enkele jaren tijd in een hippe buurt waar steeds meer trendy mensen wonen of een zaak uitbaten. Dankzij de nieuwkomers wordt de buurt gerenoveerd en opgewaardeerd. Het gevolg is vaak dat de huurprijzen zodanig de hoogte in gaan dat de oorspronkelijke bewoners de buurt moeten verlaten
Tekst: Lizzy Heylen
Beeldmateriaal: Shutterstock